Menu

Kunnen 75-plussers zelf naar de dokter?

Gaat u regelmatig naar de dokter? Over het algemeen gaan 75-plussers vaker naar een dokter dan jongere mensen. Nivel Zorgregistraties telt het aantal huisartsbezoeken per jaar. De 65- tot 74-jarigen, die bij de huisarts ingeschreven staan, gaan gemiddeld 6,1 keer naar de huisarts. De 75- tot 84-jarigen bezoeken de huisarts vaker: gemiddeld 8,8 keer per jaar.

In Nederland kan iedereen die zorg nodig heeft naar een arts. Maar het is niet voor iedereen vanzelfsprekend om zelf naar een dokter te reizen als dat nodig is. Uit het onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat 15% van de 55-plussers niet zelf naar de huisarts of het ziekenhuis kan. Hoe ouder we worden, hoe groter de kans is op mobiliteitsproblemen. Vooral 75-plussers hebben daarom moeite met het zelfstandig reizen naar een gezondheidsvoorziening. Het gaat volgens het onderzoek dan vooral om mensen met een slechte tot zeer slechte gezondheid.

Ouderen bezoeken de dokter het vaakst

Zelfstandig naar het ziekenhuis kunnen reizen is erg praktisch. Want hoe ouder we worden, hoe vaker we dus naar een arts gaan. We krijgen vaker last van (chronische) ziekten of beperkingen. Dat is normaal als we ouder worden. Volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) heeft 40% van de 75-plussers minstens 1 beperking. Ruim 8% heeft zelfs te maken met 2 beperkingen. Denk aan artrose, slecht zicht, hart- en vaatziekten of dementie.

Jaarlijks worden ongeveer 36 op de 100 ouderen (65- tot 80-jarigen) opgenomen in het ziekenhuis. In totaal gaat dat om ruim 927 duizend ziekenhuisopnamen voor deze leeftijdsgroep, aldus het CBS. Ook gaan 65-plussers vaker naar de huisarts dan volwassenen jonger dan 65 jaar. Volgens het onderzoek van Nivel Zorgregistraties, bezoeken de oudste Nederlanders, 80-plussers, de huisarts het vaakst: gemiddeld 13,3 keer per jaar.

Vrouwelijke dokter helpt een oudere meneer met de neusspray

Een kwart van de 75-plussers kan niet zelf naar de dokter

Hoewel ouderen regelmatig een arts nodig hebben, kan een deel van hen niet zelf naar het ziekenhuis of de huisarts reizen. Volgens het CBS kan maar liefst een kwart van alle 75-plussers niet zelfstandig naar het ziekenhuis als dat nodig is. En dat terwijl we in Nederland gemiddeld slechts 4,8 kilometer bij een ziekenhuis of buitenpolikliniek vandaan wonen. Een buitenpolikliniek is een vestiging van het ziekenhuis waar kleine controles worden uitgevoerd en mensen korter dan 24 uur worden opgenomen. De huisarts is voor ouderen beter bereikbaar. De dichtstbijzijnde huisartspraktijk ligt gemiddeld binnen 1 kilometer afstand van uw huis. Toch kan zeker 14% van de 75-plussers niet zelf naar de huisarts.

Zonder rijbewijs

Een slechte gezondheid heeft invloed op uw mobiliteit. Aan 55-plussers werd gevraagd hoe zij hun eigen gezondheid ervaren. Van de mensen die de gezondheid als (zeer) slecht ervaren, kan 35% niet zelf naar het ziekenhuis en 25% niet naar de huisarts. Een slechte gezondheid kan bijvoorbeeld als gevolg hebben dat u geen auto meer mag of kan rijden. Als u ouder bent dat 75 jaar kunt u uw rijbewijs namelijk niet meer zomaar verlengen. Dan moet u eerst medisch gekeurd worden door een keuringsarts. Met een slechte gezondheid komt u minder makkelijk door de medische keuring. Zo’n 44% van de ouderen had geen rijbewijs in 2018, aldus het CBS.

Wel of niet met de fiets

Een manier om naar de huisarts te gaan is met de fiets. 60% van de 75-plussers fietst elke dag of af en toe volgens het CBS. De overige 40% fietst nooit. Hoe gezond iemand is, heeft invloed op het fietsgedrag. De ouderen die niet fietsen, geven vaak gezondheidsproblemen en de angst om te fietsen op als reden. Van alle kilometers die de 75-plussers fietsen, wordt 45% afgelegd op de elektrische fiets volgens het wetenschappelijk instituut voor verkeersveiligheidsonderzoek (SWOV). Opvallend is dat elektrische fietsers gezondheidsklachten veel minder vaak opgeven als reden om niet te fietsen.

Mevrouw fiets door de stad

Om veilig te kunnen blijven fietsen, zijn er een aantal dingen die u kunt doen. Het SWOV adviseert om de fiets goed af te stellen: zorg dat het zadel laag genoeg staat zodat u bij de grond kan met beide voeten. Dat maakt het op- en afstappen een stuk makkelijker. Maar overweeg ook een achteruitkijkspiegel en antisliptrappers. Eventueel kan een driewieler voor volwassenen u ook helpen veilig te blijven fietsen. Dit is een ‘gewone’ fiets met 2 wielen aan de achterkant in plaats van 1. Zo houdt u makkelijker balans.

Met hulp naar het ziekenhuis of de huisarts

Moet u ver reizen naar het ziekenhuis? Dan kunnen uw naasten zoals uw partner of kinderen u misschien brengen. Als dat niet kan, kunt u kiezen voor een taxi of voor speciaal ouderenvervoer. In Nederland bestaan verschillende initiatieven om u naar het ziekenhuis en terug te brengen. Dit gaat bijvoorbeeld om opties vanuit de gemeente zoals de belbus of de wijkbus. Deze initiatieven draaien vaak op vrijwilligers waardoor het vervoer betaalbaar is. Maar ook bedrijven en organisaties helpen u met het reizen. Denk aan de ANWB met de vervoersservice AutoMaatje. Vrijwilligers brengen minder mobiele mensen, die zelf niet kunnen reizen, binnen de regio naar hun bestemming. U betaalt hiervoor alleen de onkostenvergoeding van €0,30 per kilometer. Ga op zoek naar de vervoersoptie die bij u past en vergroot uw zelfstandigheid en mobiliteit.

Meer over gezondheid

Of ga terug naar het thema: Gezondheid